Hallo,
Ik ben gaan oefenen met wiskunde aangezien ik morgen een proefwerk hierover heb, het gaat over vergelijkingen. Alles gaat goed behalve paragraaf 6, toepassen.
Daarvan snap ik som 76 en 77 niet (H3 VWO 2 editie 10). Het zou fijn zijn als dit wordt uitgelegd, heb al op google gezocht zonder resultaat.
http://s17.postimg.org/4ok77cqxr/image.png
Alvast bedankt!
Vergelijkingen toepassen
-
- Nieuw lid
- Berichten: 2
- Lid geworden op: 11 jan 2015, 21:34
Re: Vergelijkingen toepassen
Wat heb je zelf al geprobeerd ...
-
- Nieuw lid
- Berichten: 2
- Lid geworden op: 11 jan 2015, 21:34
Re: Vergelijkingen toepassen
Ik snap niet hoe je moet weten hoeveel die gelijk heeft gespeeld, ik weet alleen dat x hetzelfde is als de verloren wedstrijden.
Het zou best een hele domme vraag kunnen zijn, mijn excuses daarvoor, ben niet de beste in wiskunde..
Het zou best een hele domme vraag kunnen zijn, mijn excuses daarvoor, ben niet de beste in wiskunde..
Re: Vergelijkingen toepassen
76. a.)
Je kan geen constante geven als het aantal wedstrijden, maar
#winst + #gelijk + #verlies = 24 (# = aantal, elke wedstrijd heeft drie mogelijkheden.
Nu ben je gegeven, #winst = #verlies = x. Dus
x + #gelijk + x = 24.
Kan je nu #gelijk aan een kant brengen?
b.)
Druk de score uit in x.
3 * #winst + 1 * #gelijk + 0 * #verlies = 31 (toch, 0 punten bij verlies is niet expliciet genoemd.)
77.
Stel, leeftijd van broer 1 = b1, van broer 2 = b2, van broer 3 = b3.
Dan b1 + b2 + b3 = 78.
Nu, b1 = b2 en b3 = b1 + 6. Invullen geeft b1 + b1 + (b1 + 6) = 78. Kan je zo verder?
Je kan geen constante geven als het aantal wedstrijden, maar
#winst + #gelijk + #verlies = 24 (# = aantal, elke wedstrijd heeft drie mogelijkheden.
Nu ben je gegeven, #winst = #verlies = x. Dus
x + #gelijk + x = 24.
Kan je nu #gelijk aan een kant brengen?
b.)
Druk de score uit in x.
3 * #winst + 1 * #gelijk + 0 * #verlies = 31 (toch, 0 punten bij verlies is niet expliciet genoemd.)
77.
Stel, leeftijd van broer 1 = b1, van broer 2 = b2, van broer 3 = b3.
Dan b1 + b2 + b3 = 78.
Nu, b1 = b2 en b3 = b1 + 6. Invullen geeft b1 + b1 + (b1 + 6) = 78. Kan je zo verder?
Stap 1 van het oplossen van een probleem is te erkennen dat je een probleem hebt.
(Raffiek Torreman)
(Raffiek Torreman)