van ruimtereiziger ( Evelien , An , Hans en Kristof ) , twee voor de rol van
robot ( Els en Ken ) en twee voor de rol van buitenaards wezen ( Jakob en Annelies ).
1) Op hoeveel manieren kan de regisseur de cast samenstellen ?
4 x 2 x 2 = 16 mogelijkheden.
2) De regisseur wil niemand bevoordelen en laat het lot beslissen. Hoe groot is de kans
dat An en Jakob samen deel uitmaken van de cast.
#G = 2
#U = 16
P = #G/#U = 2/16 = 1/8
Tot daar zijn mijn uitkomsten hetzelfde als de antwoorden achteraan in het boek.
Maar de volgende vraag kom ik iets anders uit en ik weet niet wat ik fout doe ?
3) Els bedenkt zich. Ze trekt haar kandidatuur in voor de rol van robot en
stelt zich beschikbaar voor de rol van ruimtereiziger. Wat is nu de kans dat An
en Jakob samen spelen ?
5 X 1 X 2 = 10 mogelijkheden.
#U = 10
#G = 1
P = #G/#U = 1/10
In het boek staat echter 1/16 als kans bij de oplossingen en ik heb geen idee
hoe men hier aankomt. Maak ik ergens een denkfout ?
Alle hulp is welkom.
